Nijverheid:
Erfgoed:
![]() |
De Molenstraat was de straat met verbinding van Verrebroek naar Kallo.

![]() |
![]() |
Schjilderij geschilderd door Hugo Van De Velde en dank aan de familie Allaert voor de toelating voor gebruik.
- De oude staakmolen van de familie Allaert op de plaats waar de Molenstraat bij de Sint-Annadijk komt ter hoogte van de Molenwijk. Die foto is zeer oud.Waarschijnlijk was die afgebroken in de periode tussen de twee Wereldoorlogen. Op deze plaats werd de allereerste molen gebouwd in het midden van de zeventiende eeuw ( jaren 1650).
Een laatste herinnering aan de Molen van Kallo is nog de Molenstraat. - De molen werd gebouwd voor 1712; de iets noordelijk gelegen Molenstraat was de laatste herinnering die naar de molen verwijst.
Kaarten Geopunt Vlaanderen en rechts Ferariskaart 1771-1778
Kaart 1712 Fricx Geopunt VlaanderenKaart Siret
Het type van de molen was een staakmolen gebruikt als korenmolen en afgebroken in 1931. - De benaming van de molen was Calloomolen, Callosemolen, Kallomolen en molen Allaert.
- We kunnen op volgende kaarten nog situeren:
- Ficxkaart (1712) met de benaming "Moulin de Calloo"
Ferrariskaart (ca. 1775) met btuin symbool van een staakmolen.
- Atlas van de Buurtwegen (ca. 1845) met het grondvlak van een staakmolen op teerlingen met benaming "Callooschen molen"
Kadastrale kaart p.C. Popp (ca. 1855) mer de benaming "Callooschenmolen.
Eigenaars na 1830:
- voor 1834: Rombaut Adrien, bakker te Kallo.
- later; Andriessens Jeanne Cathérine en consoorten, huishoudster te Sint Niklaas.
- 28.06.1866; verkoop: Roosens-Rijckaert Joseph André, molenaar te Doel en later te Kallo (notaris Goossens)
- Later; erfenis:de weduwe en consoorten (overlijden Joseph Roossens)
- 30.05.1881: verkoop: Van Overloop Joannes Cornelis; molenaar te Kallo (notaris Wille)
- 31.08.1886; verkoop: Roossens-Van Overloop Fredinand; molenaar te Kallo (notaris Wille)
- 11.04.1893; erfpacht: voor 30 jaar (van grond) Kallo; Het bestuur der polder Sint Anna Keernosse en (van het gebouw) Roossens-Van Overloop Ferdinand, moelnaar te Kalken (notaris Goossens) - - 05.051893; verkoop: (van het gebouw) a) Allaert Edmond; herbergier te Antwerpen; b) Allaert Camille; molenaar te Kallo en c) Allaer Gustave, molanaar te Kallo (notaris Van Haelst.
- Graanwinning met stoommachine) - Voor 1903 was er ook een stoommaalderij. de laatste molenaar was Camille Allaert.
- Liven DENEWET & Herman Holemans
Met dank "molenechos.org"
- Liven DENEWET & Herman Holemans
- Atlas van de Buurtwegen (ca. 1845) met het grondvlak van een staakmolen op teerlingen met benaming "Callooschen molen"
Foto's van de hoeves van Hector De Caluwe en van Alfons De Caluwe. Zij waren neven en overburen.
Op de linker foto de hoeve van Alfons, in het midden rechts nogmaals de hoeve van Hector en links de hoeve van Alfons. Op de rechterfoto de hoeve van Alfons genomen uit de rchting van de wijk Het Geslecht..De zoon Georeges heeft nog op de ouderlijke hoeve gewoond tot eind 1981. Ze werd afgebroken in december 1989, een maand na de dood van mijn vader Alfons. De hoeve van Hector was toen al langer afgebroken, ik herinner me niet precies het jaar.
Ik vermoed eind van de jaren zeventig. Hector verhuisde naar een huis aan de Engelse Steenweg in het dorp van Doel.
Op de linker foto de hoeve van Alfons, in het midden rechts nogmaals de hoeve van Hector en links de hoeve van Alfons. Op de rechterfoto de hoeve van Alfons genomen uit de rchting van de wijk Het Geslecht..De zoon Georeges heeft nog op de ouderlijke hoeve gewoond tot eind 1981. Ze werd afgebroken in december 1989, een maand na de dood van mijn vader Alfons. De hoeve van Hector was toen al langer afgebroken, ik herinner me niet precies het jaar.
Ik vermoed eind van de jaren zeventig. Hector verhuisde naar een huis aan de Engelse Steenweg in het dorp van Doel.
![]() |
![]() |
Hector De Caluwé |
De Caluwé Alfons |
![]() |
![]() |
![]() |
Dat is de weg van de Oudendijk (ter hoogte van de hoeve De Paepe) naar de hoeves De Caluwe die tussen de canadapopulieren aan de horizon zichtbaar zijn. Die weg werd ‘De Kaai' genoemd. Zoals op de foto te zien is ligt die weg op een dijk met beperkte hoogte. Die dijk maakte deel uit van de ring dijk rond de zogenaamde 'Komme van Liefkenshoek', een deel van Sint-Annapolder dat door de militaire verdedigers van het fort onder water kon gezet worden via twee sluizen aan weerskanten van het fort. Die sluizen konden op hun beurt verdedigd worden van op een zogenaamde 'beer', een smal stenen dijklichaam, gebouwd ten tijde van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden(koning Willem). De weg werd geasfalteerd in de vroege jaren zestig. Voordien was het een aarden weg. |
![]() |
Dat is de zuidelijke zijde van de schuur van hoeve Alfons. Die foto is genomen van op de Molenstraat , kijkende in de richting van het fort Liefkenshoek, dat niet op deze foto staat aangezien het zich rechts van deze foto situeert in het verlengde van de Molenstraat. Aan de einder is ook nog de Scheldedijk te zien, tussen het fort en Doel. Vlak tegenover de hoeve van Alfons bevond zich de hoeve van Hector aan de rechterkant van de Molenstraat. Onmiddellijk voorbij ons woonhuis boog de Molenstraat af naar links ( in noordelijke richting) richting de wijk Geslecht. En rechtdoor was er een landweg die liep tot aan het fort, ongeveer 700 m verder. Op datzelfde kruispunt liep rechts de zogenaamde ‘Kaai’, richting hoeve De Paepe op het einde van de Oudendijk. |
![]() |
![]() |
Hoeve van Alfons. Foto genomen van op de plaats waar de hoeve van Hector stond. Rechts naast het woonhuis van Alfons is een deel te zien van het toenmalige chemiebedrijf Henkel, nu nog altijd bestaand onder de naam Ashland. | Hoeve Alfons : de schuur werd afgebroken zin oktober 1988. De rest volgde in december 1989. Deze foto is genomen van op het uiteinde van de ‘Kaai’ (ook beschreven onder Oudendijk). |
![]() |
![]() |


![]() |
![]() |
![]() |
Op deze foto's is de St Annahoeve nog met rietendak |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Zicht op de Molenstraat van op het kruispunt met de Sint-Annadijk. De hoeve centraal in het beeld is de Sint-Annahoeve van Remi Bogaert , voormalig CVP volksvertegenwoordiger en directeur van het veevoederbedrijf Versele-Laga. Hij had op de hoeve een negentig renpaarden staan die geregeld deelnamen aan paardenrennen in Vlaanderen. Hij heeft zijn onteigening nog lang kunnen tegenhouden. Pas begin jaren 1990 moest ook hij wijken, maar heeft het niet lang overleefd. Op foto 6 is in de verte, rechts van de Sint-Annahoeve de hoeve van Hector De Caluwe te zien. De hoeve van Alfons De Caluwe is verstopt achter de Sint-Annahoeve. |
![]() |
![]() |
![]() |
Afscheid van Sint-Annapolder
Het laatste graan werd gezaaid, gemaaid, geoogst. Dc laatste vruchten van een stervend drachtig land.
1989, een laatste lente, een laatste zomer, een laatste herfst. Afscheid nemen van de wisselende polderluchten boven de laatste eenzame oase temidden van de naarstige industrie, het fata morgana achter een laatste eenzame holle weg tussen een multinationale bedrijvigheid.
Een vergeten stukje polder. Ingehaald door de onbarmhartigheid van een onherroepelijke tijd. Door de bulldozers.
Er stonden nog tachtig volbloedpaarden op stal en in de vroege lente 1989 werden nog 28 veulens geboren op de Sint-Annahoeve.
Gisteren. Bijna nog vandaag.
Remy Bogacrt, de laatste 'boer' van de Sint-Annahoeve, hier geboren en getogen, veegde uiteindelijk zijn jeugdherinneringen weg, het werken op de akkers in de jonge dagen toen de zomers nog doodstil over de vruchtbare velden hingen en de koeien aan de kreken stonden, de veulens in de polderlucht beten en elk paard rijkdom, welstand en fierheid voor de boer betekende.
'Wij moeten naar de toekomst toe. Wat betekent een handvol verlangen en nostalgie ?'
Remy Bogaert, de boerenzoon die landbouwingenieur werd om het boerenleven beter te leren begrijpen en later veearts om de moeilijke geboortes en keizersneden bij de beesten op het eigen bedrijf zelf te kunnen doen, nam als laatste afscheid van de polder, ging als laatste van de hofstee met eigen herinneringen, met het weten over wel en wee en lief en leed van de boer en de boerin, de beesten en de akkers, het moeilijke leven waar een boer maar liefst niet over praat. Remy Bogaert, de heer van de Sint-Annahoeve in de Sint-Annapolder in Kal-lo. met 50 ha een van de grootste hoeven van de streek, werd als laatste onteigend: 'Door een toeval van ligging en omdat ik mij tot de laatste dag in alle konsekwentie ben blijven verzetten.' 1990: voor de Sint-Annahoeve voltooid verleden tijd.
Alleen een paar foto's.
Verdwenen in een album.
Vijf eeuwen geschiedenis en front van godsdiensttwisten
In het begin van de roemrijke regering van Karel V, de in Gent geboren Habsburger die tot zijn vijftiende alleen maar Vlaams sprak, werd Sint-Annapolder ingedijkt. De kronieken vermelden:
'1514. In dit jaer werd in de prochie Calloo by verscheyden gegoede en ryke personen eenen polder ingedykt groot syndc bat dan 3000 gemeten.'
En in een kerkvenster van Kallo las Dionisius de Harduyn in 1574: 'Den polder sent Anna was bedijckt ende gesloten up den XXV dach van julius anno 1516'.
Niemand beschrijft waarom deze polder Sint-Annapolder werd genoemd, maar men vermoedt dat de naamgeving wel degelijk te maken heeft met de Sint-Anna-verering. De Sint-Annapolder werd op 25 juli 1516 gesloten en het feest van de Heilige Moeder Anna valt precies de dag na de generale sluiting, op 26 juli. Van oudsher is de Heilige Moeder Anna de patrones van de polder.
Zeevaarders en schippers vereren haar en smeken haar om gunstige wind voor bolle zeilen en een rijke visvangst.
En in Kallo droegen de vrome polderboeren jaarlijks op 26 juli het houten beschilderde beeldje van de Heilige Moeder Anna in processie door de akkers van Sint-Annapolder, biddend om een gulle oogst. De annalen vermelden: 'Aan Pieter Adriaenssen op Liefkenshoek 5 Ib.gro. betaald door de polder voor 't verteer van 5 of 6 gezellen die het beeld van Sint-Anna 'omme den polder droegen opden dagh van den Ommeganck in "julius in tjaer 1578" en aan de dragers zelf werden 3 s.4 gro. betaald naar de "oude costuyme".'
Deze eerste welvaartperiode van Sint-Annapolder duurde 67 jaar.
Na de indijking in het begin van de 16de eeuw ging de vlijtige Vlaamse polderboer zich vestigen aan de kille. Hier langsheen de waterweg was het land vruchtbaar en zat. Hier bouwde hij zijn ruime hoeve. Hier betaalde hij zijn dijkgeschotten, hier verpachtte hij zijn visserijen. 'Voor Sint-Annapolder vinden we het leven in de polder schoon beschreven in de polderrekeningen. De vele en lange dagen van wroeten voor weinig geld zien we voor ons liggen in de uitgaven voor versterken, hogen en krammen van dijken, in het vletten van rijshout voor het dichten van bressen en het hogen van dammen, in het vellen en mennen en heien van palen aan de hoofden, de aanlegplaatsen langs de Scheldedijk, in het ruimen van de polderwatergangen. Alleen over de onrustige tijd en de relegietwisten vinden we in de polderrekeningen niet veel, enkel dat de polder grote sommen neertelde om een sauvegarde te verkrijgen van Prins Willem van Oranje die in 't najaar van 1577 in het Zuiden kwam verblijven. Men ging wijn en schapen aanbieden om gevrijwaard te blijven van het plunderend soldatengepeupel.
In de winter van 1580 werd aan de Hollandse kapitein op 't blokhuis van Lillo gevraagd 'dat hij die soldaten niet over en zouden laten komen in Vlaanderen om te roven en te brandschatten op de hooven en de inwooners van Sint-Annapolder'.
Maar Sint-Annapolder bleef niet gespaard. Tegen het midden van de 16e eeuw trokken de geuzen en beeldstormers door het Vlaamse land, ook door het land van Waas. Velden en hoeven werden geteisterd, platgelopen en verwoest. De Tachtigjarige Oorlog bracht een inferno over Vlaanderen. In 1583, twee jaar voor de val van Antwerpen en de sluiting van de Schelde, werd Sint-Annapolder omwille van strategische redenen weer onder water gezet.
De vruchtbaarste polders van Kallo moesten voor het noodlot buigen.
Terwijl Kallo zelf meer dan 70 jaar onder water zal blijven staan, gaat men in het begin van de 17e eeuw, nadat de eerste verwoede gevechten om en rond Kallo geluwd zijn, de Sint-Anna-polder herindijken. De door het Vlaamse volk geliefde Spaanse landvoogden, de aartshertogen Albrecht en Isabella, zijn het ermee eens, en de Staten eveneens. Beide 'regeringen' dienden gevraagd te worden omdat Sint-Annapolder tussen de twee gebieden lag.
Op 9 januari 1614, na heel wat over en weer gediscussieer, verkregen de polders van Doel, Sint-Anna en het schor van Ketenis te 's Graven-hage het gevraagde oktrooi met de toelating tot herindijking. Sint-Annapolder kon heropleven.
Maar de jaren van de herindijking brachten niet alleen herademing, vrede en welvaart. Oude familieveten kwamen weer boven en het verkiezen van een polderbestuur verliep moeizaam. In deze streek, front van de godsdiensttwisten en de ketterjachten, waar staats- en paapsgezinden mekaar voortdurend tegen het lijf liepen, was een samenwerking niet makkelijk.
Sint-Annapolder schreef z'n eigen geschiedenis van een bewogen bestaan, het hardnekkige labeur van de polderboer. bedacht op het vruchtbare land, vaak eigenzinnig en hebzuchtig, die zijn tarwe en gerst, haver, bonen, erwten, bieten en aardappelen plantte, zaaide en oogstte, zonder omkijken. Taai en zwijgzaam. Door alle tijden van oorlogen, betwistingen, naijver en natuurrampen heen. Eeuwenlang, jaar na jaar lag het lome land in de lentemaanden klaar voor zaad en mest, voor kar en paard, voor de trekkende ploeg en de trage stappen van de onvermoeibare boer.
Jaar na jaar stond het zware polderland tijdens de zomerse oogstmaanden drachtig en rijp te pronken.
De harteklop van de seizoenen. Altijd weer opnieuw.
De meedogenloze herhaling van de natuur. De barometer en de polsslag van de boer. Pas in de tweede helft van onze eeuw wisselden de getijden.
Grondig en bruusk.
En voor altijd.
De polders op de linkeroever van de Scheldestroom werden door het gemeentebestuur van de stad Antwerpen, de scheepvaartmiddens, de financiële en industriële grootmachten als enige redplank aangezien voor de noodzakelijke uitbreiding van de Antwerpse haven.
Massale onteigeningen werden doorgevoerd. De Sint-Annahoeve, zo genoemd omdat zij sinds eeuwen in Sint-Annapolder thuis is, bleef tot op het laatst gespaard. Maar de tijdbom tikte.
Tot 1990.
De laatste lente, zomer en herfst lagen zonniger en warmer dan ooit over de stervende hoeve, velden, akkers en poldergeulen.
Tot in de witte winter van het jaar 1989-1990 de witte zon definitief onderging, wegschuivend in het opwaaiende witte zand achter de borende bulldozers.
In de loop van de laatste Vijventwingend jaar daalde de bevolking van Kallo. Een ander landschap ontstond in de hoge polderluchten.
Langsheen de Schelde groeide een nieuwe toekomst. Niet alleen het polderlandschap onderging een grondige wijziging ook de mens die hier vroeger leefde met het lot van de eeuwenoude grillige dijken en het water,is anders geworden.
Een onafwendbaar teken van de tijd.
Een nieuwe uitdading.
Een andere polsslag.
Tekst uit het boek van 1990:
KALLO gisteren en morgen
Tekst en realisatie: Rosine De Rijn.
Fotografie: Jan Decreton©
Foto's Paul Zwyzen- Hugo Maes- Miel De Keulenaer