Polderblues.be

Leven, wonen en werken in het Waasland



 


Aline Avigdor, de laatste erfgename van het "Hof ten Damme" en Parijse nakomelinge van de Kallose patriiciërsfamilie van Landegem Boëyé, gaf het kasteel op als "château à démolir".
Dit was na de tweede wereldoorlog. Het erfgoed in het polderdorp was haar over het hoofd gegroeid.


De vroegere bruidschat van de bastaarddochter van Lodewijk van Male, Margaretha van Vlaanderen, stond na zeven eeuwen definitief op de slopingslijst. In de 14e eeuw was dit voor de jonge gravin Margaretha deze "aguwette" een wachttoren aan de Schelde, ook vermeld in de schenkingsoorkonde.
Tot in de 16e eeuw zou deze aguwette van het Hof ten Damme de rol blijven vervullen van bolwerk tegen het staatsgezinde Antwerpen.
Na het begin van de 18e eeuw heeft de familie van Landegem de charme van het kasteel terug doen heropleven.
Deze familie van juristen waren een eeuw lang van vader op zoon grifier. Zij hielden van het domein en bouwden er twee boerderijen bij.



De laatste van Landeghem een jonge weduwe uit de streek van Sint Niklaas, gaf aan het landgoed exotische charme. Zij liet de oude delen van het Hof afbreken en legde een prachtige Engelse tuin aan. Een deel van dit mooie stukje natuur zou later gemeentepark van Kallo worden.
Het geslacht van Landegem stierf uit, de schoonzoon erfde het domein.
Kleinzoon Charles Boëyé-van Landegem geboren in Sint Niklaas werd burgemeester van Kallo. Hij bouwde ook het suikerfabriek en zorgde voor een eeuw welvaart. Deze "grand seigneur" van het Wase polderdorp leefdezorgeloos op het "Château van Landegem" zetelde in de liberale partij en deed met zijn activiteiten en ambities heel wat stof opwaaien. Hij hield er ook een avontuurlijk leven op na in Brussel en Parijs.
In de Franse hoofdstad werd ook zijn buitenechtelijke zoon geboren.
De jonge Parijse advokaat, enige erfgenaam kwam na de dood van vader zijn bezittingen bekijken en huwde zonder dralen de dochter van zijn notaris uit Sint Niklaas.
Voor de nieuwe erfgenaam bleef het "Château van Landegem" een buitenverblijf.
De enige dochter van Marie Henri Charles Pierre Avigdor, wettg erkende zoon van Charles Boëyé, de suikerfabrikant uit Kallo, erfde van haar vader in 1957 het kasteel in het verre Vlaanderen.
Het stille landgoed lag er ondertussen vereenzaamd, vuil en door de laatste oorlog geteisterd in het verwilderde park.
Zeven eeuwen geschiedenis:
Het "Hof ten Damme", innig verbonden met het verhaal van de "stede ende heerlyckheit van Callo".

Andere tijden andere toekomst
De Wase familie Van Gerven deed na de aankoop van het vervallen kasteel in 1958 een bijna wanhopige poging om het historisch erfgoegd te herstellen en te restaureren.
Zij gaven het patrimonium de oude benaming "Hof ten Damme" terug.


In het begin van de jaren tachtig zagen kok Freddy Strobbe en zijn vrouw Dianna in het mooie huis met de romantische gevel achter de wildgroeiende klimop, verstopt achter een breed ijzeren hekken, een kans op een bestaan. Zij vestigden zich hier als traiteur.
De atmosfeer van de hoge ruimtes, de eiken paneeldeuren en de schoorsteenmantels uit de tijd van Lodewijk XIV, de brede inkomhal en de oude spiegels zijn nu niet meer alleen voorbehouden aan een paar enkelingen.
Wie wil kan zijn eigen bruiloft vieren in de bruidschat van Margaretha van Vlaanderen.
Het "Hof ten Damme" is heden een gevraagde feestzaal. Het heeft wel niets meer te maken met "ten tyde van Lodewijk van Male".